Je ogen zijn echt superbelangrijk. Denk maar eens wat je er allemaal mee doet vanaf het moment dat je wakker wordt en je ogen open doet! Je staat op, kiest je kleren uit of gaat douchen. Dan ga je ontbijten, je smeert je brood. Daar heb je allemaal je ogen hard bij nodig! Je ogen zitten best ingewikkeld in elkaar. Ze lijken wel een beetje op een fototoestel. Stel je wilt een foto van een vogel maken. Dan kijk je door de lens of op het schermpje, je ziet de vogel en je klikt. Het beeld van de vogel komt nu in het geheugen van je fototoestel. Met kijken gaat het eigenlijk ook ongeveer zo.
Copyright American Academy of Ophthalmology
Het oog is een bijna ronde bol die in de oogkas ligt. Je oogbol is ongeveer net zo groot als een grote knikker (± 2,5 cm).
Je oogleden beschermen je ogen. Die zijn tenslotte heel kwetsbaar. Bij te veel licht, water of een klap op je ogen knijp je automatisch je oogleden dicht. Dit doen kleine spiertjes in je oogleden. Die zorgen er ook voor dat je met je ogen knippert. Je doet dit om je hoornvlies vochtig en schoon te houden, anders gaan je ogen prikken. Het knipperen van je ogen gaat trouwens onbewust, net als ademen bijvoorbeeld. Je knippert zo’n 20.000 keer per dag!
Dit is een beschermend, doorzichtig laagje over de voorkant van het oog. Door het hoornvlies komt licht (dus alles wat je ziet) je oog binnen.
Wist je dat je pupil niet echt een zwart stipje is, maar een opening? Die opening wordt groter als het donker is en kleiner als het licht feller wordt. Ook wordt de pupil kleiner als je naar iets kijkt dat dichtbij is. Dit groter en kleiner worden regelt de iris, deze zit om de pupil heen (dat gekleurde).
De iris, ook wel regenboogvlies genoemd, regelt hoeveel licht je oog binnenkomt. Als het donker is, krult de iris op. Zo wordt de pupil groter en komt er dus meer licht je oog binnen. Bij veel licht gebeurt het omgekeerde. De iris is blauw, bruin, groen, grijs of een combinatie daarvan.
De lens van je oog werkt hetzelfde als de lens van een fototoestel. Dankzij de lens kun je dingen scherp zien, ook al zijn ze veraf of dichtbij. De lens wordt bol om dingen van dichtbij scherp te krijgen en hij wordt platter bij het kijken in de verte. De lens zorgt er bovendien voor dat het brandpunt van lichtstralen goed op het netvlies terechtkomt.
Het netvlies is heel belangrijk voor wat je ziet. Al het licht dat je oog binnenkomt, wordt op je netvlies opgeslagen. Dit wordt naar je hersenen gestuurd via de oogzenuw.
Dit is een heel belangrijke plek op je netvlies, die ervoor zorgt dat je details en kleuren kunt zien.
Achterin je oog zit een plek die het begin is van de oogzenuw. Op dit stukje zit geen netvlies. Je kunt er dus niks mee zien. Daarom heet het de blinde vlek.
De oogzenuw zit aan de achterkant van de oogbol als een stekker in een stopcontact. Het is een zenuw van een paar millimeter dikte die ruim één miljoen zenuwvezels bevat en alles wat je ziet, doorgeeft aan de hersenen. Pas dan wéét je ook wat je ziet. Dit overbrengen naar de hersenen gaat zó snel dat je het niet eens merkt!
Dr Isabelle Verhaeghe - Dr. Fien Witters - Dr.Kristien Hoornaert
Kortrijksesteenweg 388 - 9000 Gent - 09 / 225 77 00